Nieuwsbericht

Hoofdlijnen van het nieuwe inburgeringsstelsel

Chris Bos
27 november 2018 | 1 minuut lezen

Inburgering gaat op de schop. Minister Koolmees heeft de Tweede Kamer onlangs geïnformeerd over de Uitwerkingsagenda van zijn veranderingsplan. Het motto: “Iedereen doet mee, het liefst via betaald werk” en daar moet de inburgering aan bijdragen. Dat is waar de inzet van de inburgeraar, de overheden en andere (maatschappelijke) partners op gericht is.

Om deze doelstelling te bereiken wordt inburgering gepositioneerd als onderdeel van het brede sociaal domein. De regierol van gemeenten over de uitvoering wordt vastgelegd in de wet.

Het nieuwe stelsel zet in op een doorlopende lijn vanuit de opvang. De regierol van gemeenten hierin begint met een brede intake. Leren en participeren gaan hand in hand en beide aspecten worden in een persoonlijk plan opgenomen. Ontzorgen is gericht op zelfredzaamheid en helpt om de focus van inburgeringsplichtigen van meet af aan bij inburgering en participatie te leggen.

Er komen drie leerroutes in het nieuwe stelsel:

  • Onderwijsroute: gericht op het behalen van een Nederlands schooldiploma voor een goede startpositie op de arbeidsmarkt. Jonge inburgeraars worden daarom zo snel mogelijk doorgeleid naar een Nederlandse opleiding.
  • Reguliere B1 route: om het mogelijk te maken dat de meeste inburgeraars zo snel mogelijk, maar maximaal binnen drie jaar, taalniveau B1 behalen en hun perspectief op de arbeidsmarkt vergroten, is het van belang dat het leren van de taal gecombineerd wordt met (vrijwilligers)werk.
  • Voor mensen voor wie de onderwijs- of B1-route buiten bereik ligt, komt er een speciale leerroute, zodat iedereen leert zich in de maatschappij te redden. Er worden geen ontheffingen meer verleend op basis van aantoonbaar geleverde inspanning.

Minister Koolmees in de begeleidende brief: “We werken hiermee aan een stelsel dat robuust en adaptief is, met een centrale plaats voor monitoring en evaluatie. Het nieuwe stelsel moet ruimte bieden om te leren en mee te bewegen met opgaven die zich aandienen.”