Laatste nieuws over energietoeslag, Participatiewet en inburgering
Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) verstuurt een periodieke nieuwsbrief aan burgemeesters, wethouders, gemeenteambtenaren en andere belangstellenden waarin de laatste relevante ontwikkelingen op het terrein van sociale zaken en werkgelegenheid worden samengevat. Je kunt je hier op deze nieuwsbrief abonneren. In de editie van december 2022 staan onder meer berichten over energietoeslag, het ‘Warme kamers’-initiatief van het Leger des Heils, giftenvrijlating, beslagvrije voet en wijzigingen in de Participatiewet en de wet- en regelgeving inburgering. Je vindt deze hieronder samengevat. Lees de hele nieuwsbrief hier.
Middelen energietoeslag 2022-2023
In de kamerbrief aanvullende maatregelen energierekening van 20 september jl. staat dat het kabinet gemeenten de mogelijkheid biedt om 500 euro van de energietoeslag 2023 al in 2022 uit te keren. Op deze wijze kunnen gemeenten huishoudens in 2022 extra ondersteunen. Gemeenten kunnen onder de huidige wetgeving de toeslag tot 1 juli 2023 uitkeren.
De begroting voor het Gemeentefonds is hier bij Nota van Wijziging en incidentele suppletoire begroting op aangepast. Van de 1,4 miljard euro voor 2023 is 500 miljoen euro naar 2022 overgeheveld. Hierdoor blijft er in 2023 900 miljoen euro over, inclusief uitvoeringskosten. De energietoeslag voor 2022 is daarmee in principe 1.800 euro en voor 2023 800 euro per huishouden. Het staat gemeenten vrij om hierin een andere afweging in te maken. Het advies van een inkomensgrens van 120 procent van het sociaal minimum blijft in principe hetzelfde. Aangezien er voor 2023 een nieuw wetsvoorstel volgt en het inkomen van mensen in 2022 en 2023 kan verschillen, hoeft de groep die in aanmerking komt in 2023 niet per definitie gelijk te zijn aan die van 2022.
De middelen voor 2023 zijn bedoeld voor zowel de te verstrekken energietoeslagen als de daaraan verbonden uitvoeringskosten en zullen worden toegevoegd aan het gemeentefonds. De meicirculaire 2023 zal de verdeling van deze middelen over de gemeenten bevatten. In 2022 zijn de middelen voor de energietoeslag verdeeld via het cluster minimabeleid in het gemeentefonds. Per 1 januari 2023 is er een nieuw model om de middelen uit het gemeentefonds te verdelen. Dit nieuwe model kent geen cluster minimabeleid. Daarom wordt voor 2023 nagedacht over een andere verdeling van de middelen.
Energietoeslag 2023
Voor de energietoeslag 2023 wordt een nieuw wetsvoorstel voorbereid. Daarmee is de toeslag het best passend bij de inkomenssituatie van mensen in 2023. Dit betekent dat de doelgroep van de energietoeslag voor 2023 niet automatisch gelijk is aan die van 2022. De verwachte invoering van de wet vindt plaats in juni 2023. Vanaf januari 2023 worden verschillende koopkrachtmaatregelen van kracht. De financiële armslag van huishoudens met een laag inkomen is daarmee groter dan in 2022. Ook is aan gemeenten de mogelijkheid geboden 500 euro van de energietoeslag van 2023 bij de toeslag van 2022 voegen. Hiermee kan de eerste periode van 2023 overbrugd worden. De middelen voor 2023 kunnen dan worden uitgekeerd in de tweede helft van het jaar. Het meer gespreid uitkeren, heeft ook als bijkomend voordeel dat mensen de toeslag minder snel inzetten voor andere zaken. Anticiperen is zeer waarschijnlijk niet mogelijk.
Wil je als sociaalwerkorganisatie aanspraak maken op energiecompensatie? Lees het nieuwsbericht Energiecompensatie gemeenten: argumenten en modelbrief (7 december 2022).
Warme Kamers Leger des Heils
De afgelopen maanden zijn de energieprijzen fors gestegen. Ondanks de overheidsmaatregelen om de negatieve effecten van de hoge energieprijs te dempen, moeten steeds meer Nederlanders elke dag de afweging maken of ze hun verwarming wel of niet aan kunnen zetten. Ook maatschappelijke organisaties nemen diverse initiatieven. Het ministerie van SZW brengt het ‘Warme Kamers’-initiatief van het Leger des Heils onder de aandacht bij gemeenten. Om ervoor te zorgen dat niemand in de kou hoeft te zitten, heeft het Leger des Heils per 1 november jl. de deuren geopend voor Nederlanders met een smalle beurs die uit voorzorg kiest de thermostaat laag te zetten om extra hoge kosten te voorkomen. Het Leger des Heils biedt op al haar ruim 130 locaties een buurthuiskamer aan en ook veel andere sociaalwerkorganisaties, bibliotheken en kerken hebben zich bij de actie aangesloten. Het ministerie van SZW nodigt gemeenten uit om te bezien of de Warme Kamers een rol kunnen spelen bij het helpen van mensen tijdens deze winter nu de energieprijzen zo hoog zijn. Ook door het faciliteren van Warme Kamers in overheidsgebouwen, in navolging van het Provinciehuis Zuid-Holland. Meer informatie en een overzicht van alle locaties vind je hier.
Giftenvrijlating: 1.200 euro
In de brief van 21 november jl. aan de Tweede Kamer heeft de minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen de maatregelen uiteengezet die zij wil nemen om menselijke maat en vertrouwen tot centrale begrippen binnen de uitvoering van de Participatiewet te maken. Een van deze maatregelen betreft de introductie van een zogenaamde giftenvrijlating van 1.200 euro. Hiermee hebben giften tot dit bedrag geen bijstandsrechtelijke gevolgen. De minister beoogt deze giftenvrijlating in 2024 in wetgeving te verankeren. Op dit moment heeft het college al de bevoegdheid om giften buiten beschouwing te laten als deze vanuit een oogpunt van bijstandsverlening verantwoord zijn. Veel gemeenten hanteren hierbij al een vrijlatingsgrens van 1.200 euro of hoger. De minister roept gemeenten op om in ieder geval een vrijlating van in 1.200 euro te hanteren. Dit past binnen de beleidsvrijheid die gemeenten hebben. Hierdoor kunnen giften tot dit bedrag bij bijstandsverlening buiten beschouwing worden gelaten. In de Tweede Kamer is er een breed draagvlak voor deze oproep.
Gevolgen stijging wettelijk minimumloon bij lopende beslagen
Het kabinet verhoogt per 1 januari 2023 het wettelijk minimumloon en de daaraan gekoppelde uitkeringen, zoals de bijstand. Deze verhoging heeft ook impact op de beslagvrije voet. De indexering van het minimumloon en daaraan gekoppeld de uitkeringen per 1 januari 2023 met 10 procent komt, in het geval van beslag op het inkomen dat doorloopt over de jaargrens, niet altijd direct bij de debiteur terecht. Meestal gebeurt dit pas later in het jaar wanneer 12 maanden na vaststelling de herberekening van de beslagvrije voet moet worden uitgevoerd. Het is belangrijk dat deze noodzakelijke inflatiecompensatie tijdig bij inwoners bij wie een beslag is gelegd, terechtkomt. In oktober vroeg de Landelijke Organisatie Sociaal Raadslieden (LOSR/Sociaal Werk Nederland) hier aandacht voor bij de minister en via interviews in de media. De wens om de inflatiecompensatie ten goede te laten komen aan kwetsbare inwoners die met stijgende kosten te maken hebben heeft breed maatschappelijk draagvlak. Op dit moment bespreekt het ministerie met ketenpartijen op welke wijze hier in de uitvoering invulling aan kan worden gegeven.
Participatiewet in balans
Minister Schouten (Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen) heeft op 28 november jl. de Tweede Kamer een brief gestuurd over de stand van zaken bij Participatiewet in balans. Een aantal van de voorstellen voor spoor 1, wijziging van de Participatiewet, is:
- Verruiming en harmonisering van de bijverdiengrenzen: 15% inkomensvrijlating voor 1 jaar, ook voor jongeren tot 27 jaar.
- Bekijken van de mogelijkheden voor een bufferbudget voor bijstandsgerechtigden die door inkomsten naast de uitkering door verrekening beneden bijstandsniveau komen.
- Mogelijkheid om in schrijnende situaties af te wijken van het principe ‘aanvraagdatum is ingangsdatum’.
- Mogelijkheid om in schrijnende situaties af te zien van de vier weken zoektermijn voor jongeren tot 27 jaar.
- Bijstandsgerechtigden mogen giften (ook in natura) ontvangen tot een maximumbedrag van 1.200 euro en hoeven deze niet te melden aan de gemeente.
- De mogelijkheid om in gevallen waarin werken (nog) niet mogelijk is met de bijstandsgerechtigde te komen tot andere vormen van participatie.
- Meer ruimte voor gemeenten bij het opleggen van maatregelen. Dus niet zoals nu standaard 100 procent verlaging van de uitkering bij het niet nakomen van verplichtingen.
- Meer mogelijkheden voor bijstandsgerechtigden om mantelzorg te verlenen.
- Verbreding van het experimenteerartikel: naast arbeidsparticipatie ook participatie in algemene zin toestaan.
Het ministerie van SZW beoogt de wetswijziging aan het begin van 2023 voor consultatie en voor een uitvoeringstoets voor te leggen. Verder geeft de minister aan dat ze in spoor 2 maatregelen voor de langere termijn wil uitwerken, ook in relatie tot de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) en Jeugdwet. Daarnaast wil zij in spoor 3 de vakkundigheid van de professionals die werken bij de gemeente aan de uitvoering van de Participatiewet verder bevorderen.
Wijzigingen wet- en regelgeving inburgering
Op 1 januari 2023 worden enkele wijzigingen in de Wet, het Besluit en de Regeling inburgering 2021 van kracht. In oktober heeft de Eerste Kamer ingestemd met de wetswijziging. De meeste veranderingen hebben betrekking op inburgeraars die nog moeten inburgeren onder de (oude) Wet inburgering (Wi2013).
De wet uit 2013 wordt alom gezien als een erg streng regime. Daarom heeft SZW een verbeterplan voorgesteld om de scherpe kantjes eraf te halen. Er zijn nog circa 60.000 inburgeringsplichtigen die onder dit regime moeten inburgeren. Formeel is de Wi2013 ingetrokken met de komst van het nieuwe inburgeringsstelsel op 1 januari 2022. Om de verbetermaatregelen een juridische grondslag te geven, creëerde SZW een wijziging in het overgangsrecht in de Wi2021. Een van de maatregelen betreft de begeleiding door gemeenten van de inburgeraars die behoren tot de zogeheten ELIP-groep (Einde Lening Nog Inburgeringsplichtig). Gegevensuitwisseling over deze inburgeraars tussen DUO en gemeenten was tot dusver niet goed mogelijk. Vanaf 1 januari 2023 is die uitwisseling wel toegestaan waardoor gemeenten in staat zijn deze inburgeringsplichtigen beter te begeleiden. Dit verkleint de kans op financiële problemen voor deze inburgeraars.
Daarnaast hebben enkele wijzigingen betrekking op inburgeraars die onder het nieuwe inburgeringsregime (Wi2021) vallen. Zo wordt het voor inburgeringsplichtige jongeren die een niet-vrijstellende opleiding volgen mogelijk om een verlenging van de inburgeringstermijn aan te vragen. Daarnaast krijgen gemeenten de mogelijkheid om af te wijken van de tienwekentermijn voor het vaststellen van het persoonlijke Plan Inburgering en Participatie. Gemeenten kunnen deze afwijkingsmogelijkheid gebruiken in situaties waarin zij in afwachting zijn van essentiële informatie van een derde partij. Daarbij kan worden bijvoorbeeld worden gedacht aan een diplomawaardering.
Meer informatie over de aanpassing van de Wi2021 is hier te vinden.
Lees ook het nieuwsbericht Begrotingsdebat SZW: regels bijstand versoepeld (2 december 2022).
Beeld: Leger des Heils