Jongerenwerk De Schoudermantel in Bunnik: in twintig jaar van overlastbestrijding naar talentontwikkeling
‘Achttien jaar geleden stond het jongerenwerk meer in het kader van overlastbestrijding, nu is het vooral een belangrijke schakel in het preventieve beleid.’ Aldus Ali Dekker, sinds juli weer wethouder in de gemeente Bunnik. En zij kan het weten want ook van 1994 tot 2001 zat ze al in het Bunnikse college van b en w. Reden om haar te vragen naar de opmerkelijkste veranderingen in het jongerenwerk in de afgelopen twintig jaar.
Jongerenwerk De Schoudermantel is niet alleen actief in Bunnik zelf, maar ook in de twee andere kernen die onder die gemeente vallen: Werkhoven en Odijk. ‘Het woord talentontwikkeling hoorde je twintig jaar geleden nog nergens,’ aldus Ali Dekker. ’Natuurlijk had jongerenwerk in de beginjaren ook wel een preventieve, “outreachende” kant en gingen jongerenwerkers de buurt in om jongeren op te zoeken en zo nodig te begeleiden of te verwijzen. Maar het accent lag toch op de repressieve aanpak: het indammen van de overlast, bijvoorbeeld door hangplekken in te richten.’
Anno 2019 veroorzaakt de plaatselijke jeugd minder overlast. ‘Maar dat is niet alleen te danken aan het jongerenwerk. Het komt zeker ook door de opmars van de sociale media. Jongeren zijn minder op straat te vinden, ze zitten vooral op hun telefoon.’
Extra beroep op jeugdzorg gaat ten koste van welzijnswerk
De afgelopen jaren is het beroep op specialistische jeugdhulp alleen maar gestegen, onder meer vanwege aandoeningen als dyslexie, ADHD, depressiviteit, anorexia. Ali Dekker: ‘Daar moet je natuurlijk ook wat aan doen. En ouders weten in deze gemeente misschien nog beter dan elders de weg te vinden naar de jeugdzorg. In den lande zie je echter dat het opvangen van de jeugdzorguitgaven ten koste gaan van het welzijnswerk. Geheel ten onrechte, want als samenleving snijden we onszelf daarmee in de vingers. Alleen door preventie kun je de zorgspiraal doorbreken.’
Een relatief nieuw probleem is het groeiende aantal jongeren met schulden. Ali Dekker: ‘Geld is veel virtueler geworden en daardoor is het moeilijker om grip te houden op je uitgaven. Mede daarom is het goed dat onze jongerenwerkers veel naar scholen gaan. Vooral naar de hoogste klassen van het basisonderwijs; daar verzorgen ze allerlei lessen, niet alleen over geld, maar over uiteenlopende onderwerpen waar sommige leerlingen ook in deze tijd toch liever niet met ouders of leerkrachten over praten. Alcohol, sociale-mediaverslaving, relaties, seks, de toekomst.’
Verschuif de geldstromen van zorg naar sociaal werk
Al 25 jaar is jongerencentrum De Schoudermantel het hart van het jongerenwerk in Bunnik, Odijk en Werkhoven. Het is een voormalige boerderij, vlak naast het gemeentehuis dat overigens niet in Bunnik zelf staat, maar in Odijk. Ali Dekker: ‘Mede door die nabijheid zijn er korte lijntjes tussen jongerenwerk en gemeente; ambtelijk en bestuurlijk zijn er prima contacten. Jongerenwerk hoort bij ons gemeentelijk aanbod, we zien echt de toegevoegde waarde van goed jongerenwerk.’
Uit recent onderzoek bleek niettemin dat landelijk het aantal jongerenwerkers nauwelijks is gestegen. In totaal zijn het er nog steeds pakweg 1.800. Ali Dekker: ‘In Bunnik hebben we een volwaardig team. En terecht, want het doel van de decentralisaties is immers het verschuiven van geldstromen: van dure specialistische zorg naar vrij toegankelijke hulp. Dat kan alleen door méér te investeren in de nulde en de eerste lijn. Maar dat kost veel tijd. Gelukkig heeft mijn voorganger stevig geïnvesteerd in de toegang, dus in de preventieve benadering en de samenwerking met het voorliggende veld. Dat beleid zet ik graag voort.’
Van een half pipe tot een heel park
Op het feest ter ere van het 25-jarige bestaan van De Schoudermantel had Ali Dekker nog wel een tip voor de jubilaris. ‘Ik hoop natuurlijk dat ze nog minstens 25 jaar blijven bestaan. Maar ook dat ze nog meer samenwerken met al die andere organisaties die hier in Bunnik activiteiten hebben voor jeugd en jongeren. Het jongerenwerk hoeft het niet allemaal zelf te doen. Maak gebruik van het aanbod van sportclubs, de scouting, noem maar op.’
Los daarvan staat De Schoudermantel er goed voor. ‘Ze zitten steviger in het zadel dan tijdens de eerste periode dat ik wethouder was. Destijds moesten ze hun positie nog bevechten, nu zijn ze niet meer weg te denken. We moeten pubers de ruimte gunnen om op eigen benen te gaan staan. En wat zo leuk is: achttien jaar geleden hebben we een half pipe neergezet. Dat was al heel wat. Vorig jaar is er een heel skatepark geopend, mede dankzij de inzet van jongeren zélf. Wat mij betreft is dat een exemplarisch voorbeeld voor de ontwikkeling die het jeugd- en jongerenwerk hier heeft doorgemaakt.’
- Meer weten over de staat van het jongerenwerk? Kom op 29 november naar de bestuurlijke conferentie van Sociaal Werk Nederland