Goed voorbeeld

"Dat soort dingen moet je signaleren vóórdat een kind naar de basisschool gaat"

In Rotterdam is er op het merendeel van de basisscholen een voorschool met een vve-aanbod. Daarnaast bieden ook veel kinderdagverblijven voorschoolse educatie aan. Op bijna al deze locaties is een voorschools maatschappelijk werker (vsmw’er) actief. Mustapha Igozoul aan het Servicepunt Schoolmaatschappelijk Werk vertelt ons meer over deze Rotterdamse aanpak.

Een voorschools maatschappelijk werker?
Een vsmw’er is, zoals het woord het al zegt, een schoolmaatschappelijk werker die er ook voor de voorschoolse periode is: niet alleen voor kinderen op de basisschool, middelbare school en het mbo/ROC, maar ook voor de kinderen van 0-4 jaar. Vsmw’ers hebben drie kerntaken:

  • Op locatie de leidsters en pedagogisch medewerkers ondersteunen. Bij deze kerntaak is er veel ruimte voor maatwerk: per locatie verschilt de ondersteuningsbehoefte. Het kan gaan om het adviseren van leidsters, voorlichtingsbijeenkomsten voor hen organiseren, deelnemen aan zorgoverleggen, kinderen observeren, meedraaien met vve-activiteiten, helpen bij moeilijke gesprekken met ouders, zorgdossiers invullen en zorgen voor een goede overdracht naar de basisschool.
  • Ouders ondersteunen. Ook hier op basis van behoefte kunnen vsmw’ers ouders voorzien van informatie en advies, bijeenkomsten organiseren en lichte opvoedondersteuning bieden.
  • Toeleiding. Een belangrijke taak van de vsmw’ers is inschatten wanneer er meer nodig is dan de voorschool of het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) kan bieden. Op dat moment kunnen zij toeleiden naar ‘zwaardere’ hulp van het wijkteam of naar het samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs (PPO) in de stad.

Mustapha Igozoul: “Het is belangrijk dat er een goede samenwerking ontstaat tussen de vsmw’er, de vve-coach en de jeugdverpleegkundige van het CJG. Het onderscheid in taken moet voor hen en de leidsters duidelijk zijn. Ze beconcurreren elkaar niet, maar versterken elkaar juist’. Bovendien moeten ze goed op de hoogte zijn van de wijkteams, jeugdhulp en (speciaal) primair onderwijs: “De vsmw’ers werken, net als de jeugdverpleegkundige ‘aan de voorkant’. Voor zwaardere vragen moet je ergens anders zijn.”

We zien hier een typisch Rotterdamse aanpak. Mustapha: “We werken vanuit een bestaande structuur: het schoolmaatschappelijk werk. Dat vullen we aan met een nieuwe doelgroep en die extra uren financieren we. Op die manier maak je optimaal gebruik van wat er al is aan structuren en expertise.” Sommige schoolmaatschappelijk werkers hielden zich al bezig met de voorschoolse periode. Voor anderen was dit nieuw: “We hebben vanuit het servicepunt SMW alle negentig Rotterdamse vsmw’ers een basiscursus gegeven. Ze kregen informatie over voorschools beleid, de organisatie van voorschoolse voorzieningen, belangrijke zorgstructuren en partners in de stad en de ontwikkelingspsychologie van jonge kinderen.”

Hoe wordt dit georganiseerd en gefinancierd?
In het samenwerkingsverband voor Passend Primair Onderwijs (PPO) werken alle Rotterdamse basisscholen en scholen voor speciaal (basis)onderwijs samen om ieder kind onderwijs te bieden dat het nodig heeft. Vanuit de impulsregeling schoolmaatschappelijk werk van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) ontvangt PPO budget. Budget wat onder meer gebruikt wordt voor de uitvoering van voorschools maatschappelijk werk. De belangrijkste taak die vsmw’ers vanuit dit samenwerkingsverband meekrijgen is een goede overdracht van de voorschool naar de basisschool te faciliteren.

Naast deze regeling is er sinds 2015 ook een gemeentelijke investering in het vsmw. Vanuit de Rotterdamse visie op jeugdbeleid 0-23 kreeg het Servicepunt SMW in maart 2015 de vraag een voorstel te doen voor implementatie van vsmw op voorscholen. Dit resulteerde in een pilot in 7 gebieden in de stad. Na een half jaar volgde een evaluatie en besloot de gemeente de aanpak uit te rollen over de hele stad. De aanbieders van schoolmaatschappelijk werk dienden in samenwerking met de voorschoolse voorzieningen met een vve-aanbod een aanvraag in bij de gemeente. Het Servicepunt verzamelde de werkplannen van de aanbieders voor een inhoudelijke onderbouwing. Anders dan bij PPO ligt hier de focus op de ondersteuning van ouders en toeleiding naar andere zorgstructuren.

PPO en de gemeente Rotterdam trekken zo goed mogelijk samen op om beide ‘typen’ vsmw vorm te geven. Vanwege de verschillende financieringsstromen en samenwerking met diverse aanbieders van smw is dat soms lastig. Mustapha Igozoul: “Op de kinderdagverblijven werkt PPO samen met smw’ers van MEE Rotterdam, terwijl de voorscholen het liefst aansluiting zoeken bij het smw op de basisschool waar zij zitten. Die smw’ers zijn afkomstig van diverse welzijnsorganisaties, organisaties van jeugdhulp of schoolbesturen. In de meeste gevallen lukt het om op een voorschoollocatie één persoon te hebben die zowel het school- als voorschools maatschappelijk werk uitvoert. Dat is belangrijk, want dan hebben ouders en kinderen steeds te maken met dezelfde persoon.” De verschillende doelstellingen van PPO en de gemeente vullen elkaar bovendien goed aan: naast de ondersteuning van ouders en leidsters is er door deze combinatie zowel aandacht voor de overdracht naar basisonderwijs als naar andere zorgstructuren.

Waarom is de inzet van de voorschools maatschappelijk werkers zo belangrijk?
Mustapha is duidelijk enthousiast over deze aanpak in Rotterdam: “Het is zo belangrijk om op tijd te beginnen. Vaak zie je: als je iets eerder had ingegrepen, waren problemen minder erg geworden. Dan komt de basisschool er in groep 3 achter dat een kind eigenlijk beter tot zijn recht komt op het speciaal onderwijs. Terwijl de leidsters dat al lang gezien hadden. Of er zijn al in groep 1/2 ‘thuiszitters’, kinderen die niet naar school gaan. In groep 2! Dan is er toch iets mis gegaan. Dat soort dingen moet je al signaleren vóórdat een kind naar de basisschool gaat. Als problemen nog klein zijn kun je ouders en kinderen vrij gemakkelijk ondersteunen. Met de inzet van de vsmw’ers ontstaat er een structuur waarin dat mogelijk is: leidsters kunnen ergens terecht met hun signalen, de overdracht naar het onderwijs is goed geregeld en er kan snel naar andere hulp toegeleid worden als dat nodig is. En dan hebben we het niet alleen over het kind: ook als er in het gezin iets aan de hand is, als ouders in de schulden zitten of wat dan ook. Ook dan moet er tijdig aan de bel getrokken worden.”

Servicepunt
Het Servicepunt doet de komende tijd met vragenlijsten onderzoek naar het vsmw. Op die manier krijgen ze inzicht in de uitvoering, resultaten en verbeterpunten van deze aanpak. “Dat bespreken we vervolgens in het stedelijke leidinggevenden overleg met de managers van het schoolmaatschappelijk werk en de gemeente”. In den Haag zijn ze al geïnspireerd: daar draait nu ook een pilot in 3 gebieden. Mustapha trainde ook de Haagse vsmw’ers.

Voor vragen en informatie kunt contact opnemen met het Servicepunt SMW, Mustapha Igozoul m.igozoul@servicepunt.nl, 0643085606

Details

Geplaatst op: 14 februari 2017 - 11:54
Geplaatst door:
Profielfoto van Janina van der Zande
Janina van der Zande