Nieuwsbericht

Arbobesluit aangepast wegens corona

18 januari 2021 | 1 minute read

Op grond van het Arbeidsomstandighedenbesluit (hierna: Arbobesluit) geldt per 1 januari jl. tijdelijke aanvullende maatregelen ter bestrijding van het coronavirus.

Inrichting werkplek

Op grond van het Arbobesluit geldt dat de werkplek veilig toegankelijk moet zijn en veilig gebruikt moet kunnen worden. De werkgever moet ook regelmatig controleren of de werkplek aan de eisen voldoet en hij moet ingrijpen als de werkplek niet (meer) voldoet.

In het nieuwe art. 3.2a. Arbobesluit dient de werkgever tijdig de daarvoor noodzakelijke maatregelen en voorzieningen te treffen ter voorkoming of beperking van de kans op besmetting van werknemers en derden met corona op de werkplek.

Tot de noodzakelijke maatregelen en voorzieningen behoren in ieder geval:

  1. het in acht nemen van voldoende hygiënische voorzieningen;
  2. het geven van doeltreffende voorlichting en onderricht aan werknemers over de bestrijding van SARS-CoV-2 op de arbeidsplaats; en
  3. het houden van adequaat toezicht op de naleving van de in dit artikel bedoelde noodzakelijke maatregelen en voorzieningen.

Hoge boete

Het niet naleven van deze nieuwe regels kan flinke consequenties hebben. Het overtreden van het Arbobesluit is een ernstige overtreding. De inspectie kan bijvoorbeeld een hoge boete opleggen of als uiterste maatregel het werk stilleggen.

Concrete maatregelen

De exacte maatregelen die moeten worden genomen zijn afhankelijk van de risico’s, het werk dat verricht wordt en de plek waar dat werk wordt gedaan. De werkgever is verplicht om middelen ter beschikking te stellen waarmee werknemers besmetting voorkomen. Daarbij kan worden gedacht aan mondkapjes, spatschermen, handschoenen, desinfectiemiddelen en andere zaken. Alleen het beschikbaar stellen van de middelen is overigens niet voldoende. Het moet voor iedereen duidelijk zijn wat er wordt verwacht om zichzelf en anderen tegen corona te beschermen. Die instructies moeten begrepen kunnen worden door alle betrokkenen, mogelijk moeten de instructies dus ook in andere talen of op meerdere manieren worden aangeboden.

Bron: Rijksoverheid