Ná de coronacrisis: solidariteit en inclusiviteit in plaats van individualisme en neoliberalisme?
We weten dat naast gedrag en persoonlijke factoren ook ‘life events’ een grote oorzaak vormen van armoede en schulden. De coronacrisis onderstreept dat nog eens pijnlijk; op individueel én op collectief niveau. Dat maakt die crisis tot een life event zonder weerga voor een groot deel van de Nederlandse bevolking.
Kwetsbare groepen komen in dermate zwaar weer dat ‘het hoofd boven water houden’ een enorme uitdaging is. Dat vraagt van beleidsmakers en betrokken partijen om kritisch en constructief te kijken naar reddingsboeien op de korte en lange termijn. Vanuit hun kennis, kunde en ervaring kunnen sociaalwerkorganisaties daarin een belangrijke rol spelen.
Wie zijn kwetsbaar?
Veel mensen geven nu minder uit doordat ze binnen zitten en geen gebruikmaken van bijvoorbeeld horeca en recreatie. Je zou zeggen: dan houden ze geld over. Voor velen is dat natuurlijk ook zo; zeker wanneer je gezegend bent met zekerheden als een vast contract, zul je deze maanden spreekwoordelijk wat meer ‘zwemmen’ in je geld.
Toch laat het recente onderzoek van Nibud zien dat dit voor een heel grote groep Nederlanders niet het geval is. De cijfers liegen er niet om:
* 21 procent van de Nederlanders verwacht een inkomensterugval in april 2020.
* Nederlanders ervaren meer financiële stress dan anders: ruim een derde van alle huishoudens verwacht dat zij de komende tijd moeilijk rond kunnen komen.|
* Bijna 30 procent heeft geen reserves om twee maanden zonder inkomsten te overbruggen.
Jongeren, flexwerkers en zelfstandigen
Het is duidelijk: een groot deel van de Nederlanders ontkomt niet aan de negatieve financiële gevolgen van de lockdown. Onder de mensen die inkomstenterugval ervaren zijn met name kwetsbaardere groepen zoals jongeren, flexwerkers en zelfstandigen. Met behulp van reddingsboeien in de vorm van noodpakketten van de overheid worden deze groepen geacht het hoofd boven water houden. Dat neemt echter niet weg dat ze aan het ‘watertrappelen’ zijn. Onderzoeken van Nibud en EenVandaag laten zien dat mensen vaak lang wachten met hulp vragen, dat de noodpakketten onvoldoende steun bieden en dat de regelingen en voorwaarden onduidelijk zijn. De noodpakketten zullen niet voorkomen dat grote groepen mensen in de schulden belanden.
Moeilijk rondkomen en langdurige armoede
Sociaal werkers zien echter een groep die zo mogelijk nog kwetsbaarder is. Dat zijn de mensen die vóór de crisis al financiële problemen hadden; ruim 15 procent van de Nederlandse bevolking kon immers toen al moeilijk rondkomen en een kleine 10 procent leeft in langdurige armoede. Beide groepen worden extra hard getroffen door het huidige en het naderende inkomensverlies.
Ondertussen gaan veel geautomatiseerde systemen van schuldinning en inkomensderving gewoon door, zodat mensen met schulden in nog grotere financiële problemen komen. Daar komt nog bij dat de nabije (schuld)hulpverlening door sociale professionals wordt bemoeilijkt door de fysieke afstand. Bovendien gaan armoede, sociale isolatie en het ontbreken van een vangnet vaak samen. Dat maakt mensen in armoede nog kwetsbaarder.
Permanente geldproblemen laten bovendien hun sporen na op andere levensgebieden. Denk aan de toenemende signalen van huiselijk geweld of aan kinderen die opgroeien in armoede en die nu onderwijs krijgen in een stressvolle thuisomgeving met minder voorzieningen: nog steeds heeft niet elk kind een laptop of computer thuis als basisvoorziening voor onderwijs. Zoals hoogleraar Anne Gielen reflecteert: “Vooral mensen die nu al armer zijn, worden door deze crisis geraakt. Die schade ga je nog generaties later terugzien, want armoede en lagere scholing zijn erfelijk. Kinderen die nu een tijd geen les krijgen zullen daar waarschijnlijk last van hebben in de toekomst."
Ook voor deze zeer kwetsbaren worden al goede (overheids)noodmaatregelen getroffen, zoals het stopzetten van huisuitzettingen, een spoedwet voor het verlengen van tijdelijke huurcontracten, het niet afsluiten van gas, licht, water en telefonie, alsook het stopzetten van beslagleggingen door het CJIB. Verder riep staatssecretaris Van Ark organisaties, zoals UWV, gemeenten, incassobureaus en gerechtsdeurwaarders op tot coulance bij invorderingen en het verhogen van boetes.
Reflectie op de reddingsboeien
Er worden goede stappen genomen maar tegelijkertijd uiten sociaal werkers hun zorgen. De coronamaatregelen doen een groot beroep op de zelfredzaamheid van inwoners. Zij moeten zelf in actie komen terwijl vaak de mogelijkheden niet kennen én een verminderd ‘doenvermogen’ hebben. Bovendien kunnen sociale professionals hen helaas minder nabij ondersteunen vanwege de beperkingen voor fysiek contact.
Van tijdelijk naar normaal?
Een ander zorgpunt is dat het tijdelijke oplossingen zijn: partijen zien gedurende de coronacrisis af van maatregelen of zijn coulanter, maar wat gebeurt er ná de crisis? Stel dat ‘de normale gang van zaken’ hervat wordt; dat oude systemen weer gaan draaien en dat mensen het risico lopen met terugwerkende kracht enorm in de (verergerde) armoede en schuldenproblematiek te komen? Moeten kinderen die laptop teruggeven? Zij dreigen echt ‘kopje-onder te gaan’. Sociaal werk voorziet dus niet alleen een vloedgolf aan nieuwe hulpvragen maar ook aan uitgestelde hulpvragen. Met alle individuele én maatschappelijke problematiek van dien.
Nu de (incasso)regels bedenken voor straks!
Veel partijen luiden de noodklok, waaronder Sociaal Werk Nederland, de NVVK, Movisie en de Armoedecoalitie. Er is meer nodig dan reddingsboeien in de vorm van noodpakketten en -maatregelen.
- We pleiten ervoor dat de overheid gaat toezien op private partijen door bijvoorbeeld een pauze in incasso’s en een pauze voor het eigen risico van mensen in te stellen. En er moeten maatregelen getroffen worden voor ná de coronacrisis: hoe moeten banken, woningbouwcoöperaties, energieleveranciers en incassobureaus et cetera zich dan opstellen?
- De informatievoorziening moet op orde komen: zorg ervoor dat mensen weten waar ze een beroep op kunnen doen en hoe dat in zijn werk gaat.
- En: hoe gaan we om met de vloedgolf aan hulpvragen die op ons af komt? Niet alleen in de schuldhulpverlening maar ook rond integrale hulpverlening voor meervoudige problemen, want die is inherent aan financiële problematiek zoals ook nu weer blijkt. Een intensivering van de samenwerking tussen schuldhulpverleners en sociaal werkers bijvoorbeeld, was al een aanbeveling van onder andere SZW en de Nationale Ombudsman, maar lijkt nu en straks urgenter dan ooit te worden.
Reddingsboeien voor de lange termijn
In de zoektocht naar antwoorden op de vraagstukken die deze crisis opwerpt, is het duidelijk dat we in ieder geval niet zonder meer kunnen terugvallen op het aloude adagium van zelfredzaamheid en participatie. Dat zou zijn “alsof je mensen wilt leren zwemmen terwijl ze in woeste zee zijn gegooid”, zou Rutger Bregman zeggen.
Mogen deze systemen weg?
Deze coronacrisis legt systeemgebreken bloot waar we gezamenlijk oplossingen voor moeten vinden. Burgers worden geconfronteerd met life event ‘Corona’ en de gevolgen daarvan waarop ze totaal geen vat hebben. Gevolgen door risico’s die we maatschappelijk al wel in beeld hadden maar waarvan de gevolgen nog nooit zo zicht- en voelbaar waren als nu: de tweedeling op de arbeidsmarkt en het gebrek aan sociale zekerheid voor álle werkenden. Maar ook dat de crisis opnieuw de grootste impact heeft op de allerarmsten. Hoogleraar Ton Wilthagen: "Je denkt misschien 'het coronavirus treft iedereen', maar dat is niet zo. Het treft armeren harder dan rijken.”
Het wordt te meer duidelijk dat marktwerking nu écht geen oplossingen (meer) biedt: de overheid moet nu een cruciale en intelligente rol pakken in het opvangen van de gevolgen van deze coronacrisis. Dat stelt ook Jet Bussemaker van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving.
En tot slot de kortingen van de afgelopen jaren op de vakgebieden van onze ‘cruciale professionals, waaronder sociaal werkers’. We zien nu het belang van investeren in deze professionals om álle kwetsbaren te beschermen.
Herwaardering en waarden
Naast de systeemgebreken constateren we ook dat bepaalde waarden juist belangrijker worden; de potentiële fundamenten van een nieuw systeem. We zien dat solidariteit en inclusiviteit als kernwaarden komen bovendrijven, in plaats van individualisme en neoliberalisme.
We zien dat het coronavirus niet discrimineert maar de gevolgen ervan wel. Een belangrijk leerpunt ten aanzien van waarden die ten grondslag liggen onze systemen en een nieuwe bril waardoor we gezamenlijk kijken naar de ogenschijnlijke tegenstellingen. We kunnen bijvoorbeeld zien dat ogenschijnlijke tegenstellingen ‘zelfredzaamheid en hulpbehoevendheid’ en tussen ‘een motiverende en beschermende overheid’ niet meer bestaan. Zoals socioloog Heinz Bude mooi reflecteert: “Het coronavirus laat mensen beseffen dat meer bescherming onderdeel moet worden van onze maatschappij. Niet voor bepaalde groepen, maar voor iedereen. Dat is niet regressief, maar juist progressief. Het is immers toekomstgericht.”
Koppen bij elkaar?
Sociaal Werk Nederland “has a dream”: laten we de glasheldere inzichten over deze crisis gebruiken en op landelijk niveau de koppen bij elkaar steken om te reflecteren op het systeem vanuit de grondwaarden die nu zo belangrijk blijken te zijn. Laten we systemen van werk en inkomen, van globalisering, van sociale zekerheid alsook de organisatie van zorg en welzijn tegen dat licht houden. Laten we met elkaar dit avontuur aangaan, over elkaars grenzen heen kijken en constructieve plannen maken voor de nabije toekomst.
Sociaal Werk Nederland, Ad van Rijen en Denise van Bemmel