Nieuwsbericht

Jongerenwerkcongres - politie in de zaal, wethouders op het podium en Pastors daagt uit

Chris Bos
17 december 2019 | 2 minuten lezen

Het Congres #Sterkjongerenwerk - Dat was de titel van het congres van Sociaal Werk Nederland en sociaalwerkorganisatie DOCK op 29 november 2019. Ruim 150 mensen waren er voor afgereisd naar de Nieuwe Branding, een Huis van de Wijk in het Rotterdamse Crooswijk. Onder hen waren bestuurders van gemeenten en sociaalwerkorganisaties, beleidsambtenaren en medewerkers van kennisinstituten. Ook jongerenwerkers waren volop aanwezig. Dagvoorzitter was Naima Azough, jongerengezant voor Sociaal Werk Nederland en zelf geboren in de Rotterdamse wijk Charlois (spreek uit: Sjaarloos).

De kracht van beschermende factoren
Judith Bokhove (wethouder Jeugd in Rotterdam) vertelde in haar openingswoord kort over het Factorenmodel Jeugd, dat de rode draad vormt voor de ondersteuning van de minder kansrijke kinderen en jongeren onder de 200.000 Rotterdammers van 0 tot 27. ‘Dat betekent per kind en per wijk bepalen wat de beschermende factoren zijn. En ten tweede: risicofactoren zo veel mogelijk verkleinen of wegnemen.’

Een instrument dat daarbij breed wordt ingezet in Rotterdam is Positive Behaviour Support (PBS). Wethouder Bokhove: ‘Kinderen gedijen veel beter als je ze niet steeds corrigeert, maar als je ze juist vertelt en voorleeft wat wél gewenst gedrag is. En dat effect wordt nog sterker als niet alleen school dat doet, maar ook het jongerenwerk en het CJG. Zo’n eenduidige boodschap werpt vruchten af, het is echt een heel mooi programma.

Offline jongerenwerk kan niet meer zonder online jongerenwerk
Dat is de stelling van Jeroen van den Broek criminoloog bij de stichting Jongerenwerk op Zuid (JOZ) die dagelijks dankzij 25 jongerenwerkers op straat en online actief is. Daarnaast werkt hij aan zijn promotieonderzoek “Weg van de straat”, straatcultuur en jongerenwerk. ‘Dat is bewust een dubbelzinnige titel. Jongeren associëren zich immers graag met de straat, want het is tof om daar gezien te worden. Anderzijds zijn ze juist steeds minder op straat en zitten ze steeds meer op sociale media.’

Je achtergesteld voelen is een essentieel onderdeel van de straatcultuur, stelt hij bovendien. ‘Dat je afwijkt van de dominante cultuur is hun usp en heeft ook commerciële waarde. Bedrijven willen er wel iets mee, tot op zekere hoogte. Kijk bijvoorbeeld naar de Rotterdamse wijk Spangen. Die is inmiddels behoorlijk verbeterd, maar jongeren die er opgroeien blijven hun herkomst benadrukken als “bad guy from bad neighborhood.’

Anno 2019 is online actief zijn een integraal onderdeel van JOZ. Jeroen van den Broek: ‘Facebook, Snapchat en vooral Instagram. Dat betekent laagdrempelig contact waar bij je de leefwereld van jongeren doorgronden en erop aansluiten. Dat draagt bij aan vroegsignalering, snel acteren en praktische ondersteuning. Online doen we dus  alle dingen die jongeren ook op straat van ons gewend zijn. En ook online zijn we altijd herkenbaar als JOZ’er, je bio laat duidelijk zien wie je bent zijn. Daarover hebben we een handreiking geschreven met het NJI.’

Dialoogsessies leveren veel op
Naima Azough vertelde over haar ervaringen als jongerengezant in Almere, Arnhem, Uden en Zaanstad. ‘We zien hen nog veel te weinig als informatiebron. Want zij maken zich bijvoorbeeld zelf zorgen om hun broertjes en zusjes, gezien de steekincidenten, het drugsgebruik, sexting, schooluitval.’
Ze waren dan ook heel uitgesproken over het belang van preventie en van jongerenwerk. ‘Veel van hen zeiden dat jongerenwerkers voor hen een cruciale rol hebben gespeeld. Voor hen functioneren ze vaak als een grote broer of zus die hen helpt hun leven weer op orde te krijgen: terug naar school, naar werk, een dak boven je hoofd, schulden aanpakken.’

Lees het hele verslag in de bijlage…