Nieuwsbericht

Hoever bent u al met energie besparen in uw organisatie? De Wet milieubeheer verandert in 2019.

Nienke Kuyvenhoven
23 november 2018 | 3 minutes read

In het Energieakkoord is afgesproken dat bedrijven en instellingen strenger zullen worden gecontroleerd op artikel 2.15 van de Wet milieubeheer (Wm). De wet schrijft middelgrote bedrijven voor om alle energiebesparende maatregelen te nemen die zich binnen vijf jaar of korter terugverdienen en geldt voor bedrijven en instellingen met een elektriciteitsverbruik van > 50.000 kWh of een jaarlijks gasverbruik van > 25.000 m³. Naast deze bestaande energiebesparingsplicht komt er een informatieplicht. Wettelijk moet een bedrijf of instelling aan beide voldoen vóór 1 juli 2019. Zo krijgt de transitie naar een CO-vrij Nederland een impuls.

Verplichting: voor welke organisaties?
De verplichting om energie te besparen geldt voor bedrijven die meer dan 50.000 kWH elektriciteit verbruiken of 25.000 kubieke meter aardgas. Ter vergelijking: een gemiddeld huishouden verbruikt 3000 kWh stroom en 1470 kubieke meter gas. Met de Wetchecker energiebesparing kunt u checken of u een informatieplicht heeft en of u aan andere energiebesparingsverplichtingen moeten voldoen.

Energie besparen is óók ondernemen
De verplichting geldt al jaren in het kader van de Wet Milieubeheer. Daar wordt tot dusver echter niet of nauwelijks op gecontroleerd door de gemeente. Het is voortaan wel de bedoeling dat ondernemers vaker bezoek krijgen van een controleur, maar dan nog zien bedrijven en instellingen niet meteen de noodzaak in om maatregelen te nemen. Want die kosten geld, en ze hebben het al druk genoeg met (sociaal) ondernemen. Terwijl energiebesparing natuurlijk óók ondernemen is, want als de investering in energiebesparende maatregelen is terugverdiend, gaat de ondernemer er alleen op verdienen. En hij kan ook gebruikmaken van diverse subsidiemogelijkheden.

Erkende Maatregelenlijsten (EML)
Voor elk type bedrijf/organisatie zijn er lijsten met ‘erkende maatregelen’ opgesteld, die allemaal binnen 5 jaar kunnen worden terugverdiend. Vanaf volgend jaar moeten bedrijven melden welke maatregelen zij hebben genomen. Doel is dat de minister op 1 januari of 1 februari de geactualiseerde erkende maatregelen vaststelt, en er volgt een internetportal (waarop ondernemers de genomen maatregelen moeten invullen).

Het blijft mogelijk om alternatieve maatregelen te nemen als voldoende is gemotiveerd dat het alternatief vergelijkbaar of beter is. Hiervoor komen voorbeelden van betere en vergelijkbare maatregelen en indicatoren.

Wie moet aan de verplichting voldoen: eigenaar of huurder?
De zgn. ‘drijver’ van de inrichting moet de rapportage invullen. In veel gevallen zal dat de huurder zijn, maar dat is juridisch niet 100% eenduidig. Zie voor meer uitleg over de ‘drijver van de inrichting’ de website van InfoMil hierover.

Voorlichting
Om bedrijven en instellingen te informeren over de bestaande en nieuwe verplichtingen volgt de komende periode voorlichting door de RVO (de uitvoeringsorganisatie van Ministerie van Economische Zaken en Klimaat) en VNO NCW. Sociaal werk Nederland zal haar leden hierover ook informeren.

  • Op 9 en 11 oktober 2018 zullen op de Energievakbeurs in Den Bosch  twee presentaties worden gehouden over de informatieplicht en kan uw achterban  aan adviseurs van RVO.nl vragen stellen over de informatieplicht.
  • Op 31 januari 2019 tijdens het EZK-evenement Partners in energie-uitdagingen,  voor bedrijven en instellingen die werk maken van energiebesparing en duurzame energieopwekking, zal de informatieplicht ook op de agenda staan.