Nieuwsbericht

Wetsvoorstel Wams: haken en ogen bij gegevensuitwisseling

16 maart 2023 | 2 minutes read

Er is een nieuw voorstel in de maak voor aanpassing van de Wmo: de Wet aanpak meervoudige problematiek sociaal domein (Wams). Dit wetsvoorstel ligt nu bij de Tweede Kamer ter behandeling. Als Sociaal Werk Nederland onderschrijven wij het uitgangspunt van een gecoördineerde aanpak van meervoudige problematiek, met goede samenwerking en uitwisseling van relevante gegevens tussen de betrokken partijen. Wel maken we ons ernstige zorgen over het wetsvoorstel betreffende de gegevensuitwisseling zonder toestemming tussen zorg- en welzijnsprofessionals en gemeenten. Wij vinden deze uitwisseling zonder toestemming onnodig en onwenselijk. Het draagt ook niet bij aan het doel van de WAMS, namelijk: het helpen van mensen met meervoudige problemen.

Daarom heeft Sociaal Werk Nederland samen met de Nederlandse ggz, de KNMG (waaronder LHV, KAMG, Verenso, NVvP), het NIP, de NVO, BPSW, Valente, VGN en ActiZ een gezamenlijke brief (zie bijlage hieronder) aan de Tweede Kamer gestuurd.

Wat is de Wams?
Het wetsvoorstel voor de Wams regelt diverse zaken ten behoeve van een gecoördineerde aanpak van hulp aan kwetsbare mensen met meervoudige problematiek. Denk daarbij onder andere aan de gegevensuitwisseling. Als samenwerkende branche- en beroepsorganisaties achter de gezamenlijke Kamerbrief vinden wij dat deze uitwisseling van gegevens in het belang van een gecoördineerde aanpak zo geregeld moet worden, dat de samenwerking met de cliënt of bewoner voorop staat. In het voorliggende wetsvoorstel is aan dit uitgangspunt onvoldoende recht gedaan. Aanpassing van de wet is daarom nodig.

Toestemming als uitgangspunt  
Ten behoeve van een goede coördinatie kan de gemeente zorg- en welzijnsprofessionals vragen om informatie over een burger te delen. Daar is nu nog toestemming van de cliënt voor nodig. In het wetsvoorstel is geprobeerd om die uitwisseling ook zonder toestemming mogelijk te maken. De bepalingen daaromtrent zijn echter zo onduidelijk dat dit de cliënt en de zorgverlener niet verder zal helpen. Dit kan ook de praktijk van sociaal werkers raken: denk aan de uitwisseling van gegevens tussen jongerenwerk en politie. Dit raakt de kern van ons werk: de onafhankelijke positie van de sociaal werker en onze vertrouwensbasis met de mensen in wijken en buurten. In ons beroep is het beroepsgeheim niet wettelijk geregeld, maar is de plicht tot geheimhouding wel degelijk essentieel in de verhouding met de cliënt.

Andere zorgen
Naast kritische kanttekeningen over de privacy van cliënten, hebben we als indieners van de brief andere zorgen. Zo is er geen regeling getroffen voor de financiering van de uitvoering van de wet. Er is ook onduidelijkheid over het delen van informatie die uit andere bronnen (zoals de Wvggz of Wzd) zijn verkregen. Over de doelstelling van het gebruik van de data vinden we dat niet expliciet duidelijk is dat gegevens enkel voor coördinatie gebruikt mogen worden, dus niet voor fraudeopsporing of handhaving. Deze en andere zorgen staan uitvoerig in de brief beschreven.

Vervolg 
De vaste commissie voor VWS van de Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel en ook onze gezamenlijke brief in ontvangst genomen en schriftelijke vragen gesteld aan de bewindspersoon. Meerdere fracties hebben hierbij vragen en zorgen vanuit onze brief overgenomen (zie verslag vergadering 14 maart jl.). Het ministerie moet nu antwoorden formuleren, waarna de Kamer verder kijkt hoe het de wet gaat behandelen. Wij blijven dit proces kritisch volgen.

Er bereiken ons soms signalen dat sociaalwerkorganisaties door gemeenten onder druk worden gezet om gegevens te delen, bijvoorbeeld in het kader van veiligheid in relatie tot specifieke (jeugd) doelgroepen. Speelt dit bij jouw organisatie ook? Laat het ons weten en stuur een e-mail naar Sandra van Elten.


Beeld: Matthew Henry via Unsplash