‘De energietransitie raakt iedereen, maar het sociaal werk beseft kansen onvoldoende’
Justin van Riel is namens DOCK een van de zes sociaal makelaars in de Utrechtse wijk Overvecht die zich bezighouden met sociaal renoveren. Sinds december is hij bovendien in dienst van de Hogeschool Utrecht betrokken bij een onderzoek naar de sociale energietransitie aan het lectoraat Participatie en Stedelijke ontwikkeling. Hoe vertaalt hij zijn praktijk- en onderzoekservaringen naar nieuwe methodieken, aanbevelingen en colleges? Hoe kunnen sociaal werkers duurzame renovaties benutten om sociale verbondenheid in de wijk te versterken?
Maar eerst een ontboezeming. ‘Bij mijn werk in Overvecht heb ik het zelden over “de energietransitie”, aldus Justin, ‘dat zegt bewoners niks. Zij hebben vooral te maken met de ongemakken van de grootscheepse renovatie die nu in volle gang is.’
Dan gaat het om negen hoge flats van de corporaties Mitros en Portaal. Justin: ‘Als sociaal makelaars proberen we vooral om die renovatie voor bewoners zo soepel mogelijk te laten verlopen. Ze uiten tegenover ons namelijk allerlei zorgen waarover ze niet bij de corporaties willen klagen, maar die hen wél uit hun doen halen. Die punten brengen we in bij onze gezamenlijke overleggen. Ondertussen kijken we ook hoe we de bewonerscontacten die we op deze manier leggen kunnen gebruiken om de sociale verbondenheid te versterken.’
___________________________________________________________________________________________________________________________________
‘Wij weten als geen ander hoe je gedragsverandering kunt faciliteren’
___________________________________________________________________________________________________________________________________
Dat is dus een andere rolopvatting dan die van opbouwwerkers die bewoners wijzen op het belang van energiebesparing. ‘Dat doen de corporaties; die renoveren deze flats op een duurzame manier. Dubbel glas, elektrisch koken, goeie ventilatie et cetera. Dat is ook cruciaal voor het halen van de klimaatdoelstellingen in deze wijken. Maar voor ons is de crux dat je een dergelijke grootscheepse wijkvernieuwing aangrijpt om in een vroeg stadium bewoners aan te haken. Dankzij de fysíéke renovatie krijg je extra ingangen om de sociále vernieuwing vorm te geven.’
Nieuwe kozijnen
Dat alles vraagt om nauwe samenwerking met de betrokken woningcorporaties. Justin: ‘En vooral om de wil om samen te ontdekken en samen te leren. Een voorbeeld? De eerste gerenoveerde portieken worden binnenkort opgeleverd. We gaan nu steeds samen met iemand van de corporatie bij alle bewoners langs voor een soort afrondingsgesprek. De corporatie vraagt of er nog losse eindjes zijn wat betreft de verbouwing. En wij: “Hoe is het om in deze buurt te wonen? Waar lig je van wakker en waar droom je van?” Dat heeft nu al matches tussen bewoners opgeleverd. Zo spraken we eerst iemand die beroepsmatig taalcursussen geeft en vlak daarna iemand die Nederlands wil leren maar dan liever niet in een klas. De taalprofessional wil dat best vrijwillig doen. Zo hebben we twee mensen met elkaar in contact gebracht die hemelsbreed maar twintig meter van elkaar wonen...’
Tegelijkertijd proberen de sociaal makelaars bij partners het besef aan te wakkeren dat zo’n renovatie voor huurders veel meer impact heeft dan ze vermoeden. ‘Nieuwe kozijnen betekenen bijvoorbeeld ook nieuwe gordijnen. De corporatie geeft daar een kleine vergoeding voor, dat helpt. Maar er spelen ook andere factoren: we spraken een bewoonster die erg gehecht is aan haar oude gordijnen omdat ze die twintig jaar geleden nog met haar moeder heeft genaaid. Dat lijkt futiel, maar juist dergelijke dingen kunnen de renovatie in de beleving van bewoners tot een succes of een mislukking maken. Daar moet je oog én aandacht voor hebben. En ja, wij komen vaker bij mensen thuis en zijn gewend om zaken te bespreken die hun leven op dat moment beheersen. Ook corporaties waarderen onze rol daarin enorm.’
Vandaar ook dat DOCK sterk inzet op betrokkenheid bij deze renovatie. ‘Met zes van de in totaal vijfentwintig sociaal makelaars in Overvecht zetten we onszelf bij bewoners en partners nog steviger neer als een organisatie waarmee je iets kunt doen in de buurt.’
___________________________________________________________________________________________________________________________________
Bouwhelmen
Kinderen op de bouwplaats. Het mag niet, maar ze willen niets liever. Justin: ‘Een lokale organisatie vroeg ons of we kans zagen om kinderen voor techniek te interesseren, want er is een gigantische behoefte aan techneuten. Ik ben op een woensdagmiddag met bouwhelmen naar de speeltuin gegaan en binnen de kortste keren kon ik met tien kinderen de bouwplaats op. Met toestemming van de bouwers kregen ze daar van medewerkers van de Ontdekhal een workshop windmolentjes maken. Via zo’n exclusief bezoekje betrek je hen bij de veranderingen in hun buurt.’
____________________________________________________________________________________________________________________________________
Groter besef nodig
Tussen de bedrijven door volgde Justin de master community development aan de HU. ‘Ik bekeek de mogelijkheden van “social design” om mensen te betrekken bij het bedenken van oplossingen voor sociale vraagstukken. In het geval van Overvecht: wat helpt mensen om hun leven op een prettige manier in te richten, tijdens en na de renovatie? Welke methodieken kun je gebruiken? Ik kwam uit bij de “capability approach”, die menselijk welzijn centraal stelt in het denken over ontwikkeling. In het geval van wonen in een flat zijn buren daarin een belangrijke factor. Daar kun je veel last of juist veel plezier van hebben. Hoe kun je die interactie beïnvloeden?’
Hoe kunnen sociaal makelaars die benadering toepassen? ‘Blijf bij de kern van het vak: het bevorderen van welzijn. Denk vanuit de leefwereld van mensen, want juist dát kan ervoor zorgen dat een renovatie slaagt. En veranker dat element in de integrale aanpak met partners. En ook niet onbelangrijk: ik heb vanuit DOCK het mandaat gekregen om te beslissen aan welke activiteiten of overleggen ik wel en niet meedoe. En op grond van ervaringen, voortschrijdend inzicht en overleg met collega’s kan ik dat bovendien veranderen. Dat is de speelruimte die je als professional nodig hebt.’
Tips voor andere sociaalwerkorganisaties? ‘De energietransitie gaat ons allemaal raken, dat moeten we als branche nog veel beter beseffen. Het gaat ons werk beïnvloeden, maar het mooie is: we kunnen daar onze gebruikelijke manier van werken uitstekend op loslaten. Wij weten als geen ander hoe je gedragsverandering kunt faciliteren. Maar dan moeten we wel op tijd aanhaken en vragen durven te stellen over bijvoorbeeld het tempo van onderdelen van de energietransitie in een wijk. We moeten autoriteiten bevragen als ze onvoldoende rekening houden met de leefwereld van bewoners.’
Adventskalender
Inmiddels is Justin naast sociaal makelaar en docent ook onderzoeker. ‘In Soest onderzoeken we de werkzame elementen bij koppelkansen binnen de energietransitie. Bijvoorbeeld: kun je mensen die taallessen volgen inzetten als energiecoach? Hoe kun je dat zo inkleden dat zowel zijzelf als bewoners daar baat bij hebben?’
Dat alles leidt tot een volle werkweek. ‘Maar die combinatie is superinteressant. Met kennis uit onderzoek kun je het werk in de wijk innoveren. Andersom kun je onderzoek en onderwijs voeden met praktijkervaring.’
En de energie voor al die activiteiten: waar haal je die vandaan? ‘Als ik voor zo’n hoge flat sta ziet die eruit als een adventskalender. Achter iedere deur schuilt een ander verhaal. Dat is zo gaaf!’
- Lees meer over de inclusieve energietransitie en sociaal werk
- Over het onderzoek van het HU-lectoraat Participatie en stedelijke ontwikkeling
- Over de capability approach
- Over jeugd, techniek en de Ontdekhal
- Over De verbinder in de energietransitie Weesp
- Over De atlas van Afgehaakt Nederland…
- … en over de master community development van de HU